Oproep aan iedereen die betrokken is bij de positie van gezinsmigranten
Reageer op de Internetconsultatie!
Sluiting: 29 september
Impact nieuwe wet inburgering op gezinsmigranten
De Feiten
Jaarlijks komen er gemiddeld 100.000-150.000 migranten naar Nederland.
Slechts 20.000 daarvan zijn inburgeringsplichtig.
11.500 gezinsmigranten van buiten de EU
500 overige migranten
8.000 statushouders
Alle overige migranten hebben geen verplichtingen of taaleisen.
Migranten moeten verplicht of kunnen vrijwillig via gratis aanbod van de gemeente of via subsidies van Onderwijs en Wetenschappen (WEB-projecten) inburgeren.
Kosten
Alleen gezinsmigranten (Nederlanders met een buitenlandse partner met of zonder kinderen) van buiten de EU en de kleine groep overige migranten moeten alles verplicht volgen en 100% zelf betalen. Dit omdat ze een betere startpositie zouden hebben en zelf gekozen hebben om naar Nederland te komen, aldus minister Koolmees.
Niet iedere gezinsmigrant heeft een betere startpositie bij de inburgering.
Een hoogopgeleide statushouder haalt de inburgering eerder als een laagopgeleide gezinsmigrant.
Zelf vrijwillig gekozen om naar Nederland te komen gaat ook niet altijd op voor alle gezinsmigranten, het zijn vaak de omstandigheden waardoor men gedwongen een keuze moet maken om naar Nederland te komen. Een Nederlander die een buitenlandse partner heeft in het buitenland en terug moet keren naar Nederland heeft ook geen keuze en kan de partner en eventuele kinderen niet zomaar in de steek laten.
Kosten kunnen oplopen tot 10.000 euro, waarvoor een DUO lening afgesloten kan worden.
Taaleis B1
De norm wordt verhoogd naar B1 niveau terwijl dat niet nodig is om aan het werk te komen of mee te draaien in Nederland.
Immers vele arbeidsmigranten en laagopgeleide Nederlanders (ca 2 miljoen) draaien ook zonder dit B1 niveau gewoon mee in de Nederlandse samenleving.
Nederland is uniek want nergens in Europa wordt B1 vereist voor de inburgering en dit is ook in strijd met Europese afspraken die uitgaan van A2 niveau voor de inburgering. Ook wat betreft de hoge boetes, als men de examens niet op tijd haalt, staat Nederland boven aan de lijst in Europa.
Voor naturalisering mag de B1 eis wel gesteld worden dat gebeurt in meerdere Europese landen.
Het is een politieke keuze geweest om gezinsmigranten op deze manier te benadelen, zij zijn de dupe geworden van een streng inburgeringsbeleid.
Het wetsvoorstel inburgering 2021 ligt nu in de 1e kamer voor behandeling. Tot op heden heeft er geen onderzoek naar gezinsmigranten plaatsgevonden en zijn de vele adviezen en aanbevelingen vanuit betrokken organisaties in de wind geslagen.
Begeleiding
De “begeleiding” die een gezinsmigrant krijgt vanuit de gemeente is een aantal controlegesprekken binnen 3 jaar. Vanuit de gemeente (of een derde partij) wordt men opgeroepen om aan de verplichte gemeentelijke trajecten deel te nemen:
- Het participatieverklaringtraject (PVT)
- De module arbeid en participatie (MAP)
Iedere gemeente vult deze trajecten op hun eigen manier in.
Wanneer je niet verschijnt op oproepen voor een gesprek of deelname aan een traject krijg je een herhalingsoproep en daarna een bestuurlijke boete en wederom een oproep.
Binnen 3 jaar dien je aan de verplichtingen te hebben voldaan, bij verwijtbaar niet halen volgt wederom een boete (en een verlenging).
Er is verder geen maatwerk voor een gezinsmigrant in deze, iedereen moet aan dezelfde eisen voldoen.
Het proces
Om naar Nederland te kunnen komen moet eerst het Basisexamen Inburgering A1 succesvol afsluiten. Sommige landen zijn daarvan uitgezonderd op basis van verdragen.
Na het behalen van A1 kan pas een aanvraag tot vestiging in Nederland bij de IND worden ingediend. De partner in Nederland (referent) moet daarbij voldoen aan inkomenseisen en financieel garant staan.
Nadat de IND de aanvraag heeft goedgekeurd kan het MVV/TEV (inreisvisum) worden afgehaald bij de Nederlandse ambassade in het buitenland.
Bij aankomst in Nederland geeft de IND de tijdelijke verblijfsvergunning bepaalde tijd (maximaal 5 jaar) af. Zolang de buitenlandse partner een verblijfsvergunning bepaalde tijd heeft bestaat geen recht op een ABW-uitkering. De referent is dus volledig aansprakelijk.
De buitenlandse partner heeft geen werkplicht, desondanks gaat ca. 40% binnen een jaar na aankomst aan het werk, zelfs zonder inburgeringsdiploma.
De overige 60% kiezen voor studie of een traditioneel gezinsleven of zijn al op leeftijd en/of kiezen voor een leven samen met de partner in Nederland.
Pas na het behalen van het inburgeringsdiploma kan een zelfstandige verblijfsvergunning onbepaalde tijd worden aangevraagd of kan men indien men daarvoor kiest naturaliseren.
Verlengen van de verblijfsvergunning bepaalde tijd is mogelijk, zolang men aan de voorwaarden blijft voldoen; de referent blijft financieel volledig verantwoordelijk in dat geval.
Nederlanders zouden het recht moeten hebben een normaal onbelemmerd leven te leiden, met hun partner naar keuze, zonder absurde eisen, kosten en boetes.
Deze wet is gericht op statushouders, echter enkel voor de gezinsmigrant wordt een onnodig en onevenredige kostenplaatje voorgelegd.
Daarnaast zijn er veel verplichte hoepeltjes verzonnen waar het merendeel van de gezinsmigranten geen baat bij heeft en waar men niet door heen zou moeten springen als buitenlandse partner van een Nederlands staatsburger.
Gezinsmigranten zijn in de regel allemaal zelfstandige volwassen burgers die niet zomaar van tekortkomingen mogen worden beschuldigd gebaseerd op vooroordelen en non-argumenten of stereotyperingen die gelden voor een niet noemenswaardig deel van de gezinsmigranten.