Ombudsman
De Nationale Ombudsman is er ook voor Nederlanders in het buiteland!
Stichting GOED heeft contact met de Nationale Ombudsman als het om structurele problemen gaat, waar Nederlanders in het buitenland tegenaan kunnen lopen.
De Nationale ombudsman staat voor je klaar als het misgaat tussen jou en de overheid, ook voor Nederlanders in het buitenland! Hij doet zijn werk met een team van zo’n 170 specialisten. Ze zijn er voor iedereen die een probleem met de Nederlandse overheid heeft, dus ook als je in het buitenland woont. Dit geldt ook voor instanties zoals het UWV, de Belastingdienst, de Sociale Verzekeringsbank enz.
De NO laat overheidsinstanties weten hoe zij hun dienstverlening kunnen verbeteren. Bij problemen of klachten kan de Nationale ombudsman een onderzoek starten.
Reinier van Zutphen is sinds 1 april 2015 Nationale ombudsman. Plaatsvervangend-ombudsmannen zijn Joyce Sylvester en Kinderombudsman Margrite Kalverboer.
Eerst klagen bij de overheidsinstantie zelf
De Nationale ombudsman is een voorziening ‘in de tweede lijn’. Dat betekent dat je met een klacht eerst gebruik moet maken van de klachtenregeling bij de overheidsinstantie zelf. Het is op dezelfde manier wettelijk geregeld bij klachten bij andere instanties dan de overheid: de instantie krijgt eerst de kans om de klacht naar tevredenheid op te lossen. Pas wanneer de klager er samen met de overheidsinstantie niet uitkomt, kan de Nationale ombudsman een klacht in behandeling nemen.
Wat wel en niet mag (bevoegdheden)
Wat de Nationale ombudsman wel en niet mag doen, ligt vast in de Algemene wet bestuursrecht. Zijn benoeming is geregeld in de wet Nationale ombudsman. De onafhankelijkheid van de Nationale ombudsman is terug te vinden in de Grondwet, hoofdstuk 4, artikel 78a.
De Nationale ombudsman doet onderzoek naar aanleiding van klachten van burgers. Hij kan ook een onderzoek starten op eigen initiatief.
In het onderzoek heeft de Nationale ombudsman veel bevoegdheden. Zo is de overheidsinstantie verplicht om mee te werken aan het onderzoek van de ombudsman. Ook voor getuigen is het onderzoek niet vrijblijvend; meewerken aan een onderzoek is verplicht. De ombudsman mag zelfs zo ver gaan dat hij getuigen thuis laat ophalen om aan het onderzoek mee te werken.
De Nationale ombudsman heeft bijna de hele overheid als werkterrein: de ministeries en hun onderdelen (zoals de Belastingdienst), andere bestuursorganen (zoals het UWV, de Sociale Verzekeringsbank en de Dienst Uitvoering Onderwijs, de politie, de waterschappen, de provincies en een groot aantal gemeenten.
Sinds 2012 is de Nationale ombudsman ook bevoegd om klachten over de lokale besturen op de eilanden Bonaire, Sint Eustatius en Saba te behandelen. Dit betekent dat de Nationale ombudsman klachten mag behandelen over alle overheidsinstanties op de eilanden, zoals de Belastingdienst, het Openbaar Ministerie, politie en burgerzaken.
Alleen over gedragingen
De Nationale ombudsman behandelt geen klachten over het beleid van de regering, of over de inhoud van wetten. Wel als het over gedragingen gaat; dus over de manier waarop instanties hun overheidstaken uitvoeren. Dan mag de Nationale ombudsman een onderzoek beginnen. Bijvoorbeeld als een brief of verzoek traag behandeld is of als er geen reactie komt op een vraag van een burger. Of als een wettelijk voorschrift onjuist wordt toegepast.
Als de burger bezwaar kan maken of in beroep kan gaan bij de overheidsinstantie zelf, dan kan de Nationale ombudsman meestal niets doen. Hij zal dan verwijzen naar de instantie die het bezwaar of beroep kan behandelen.
Geen macht, wel gezag
De overheidsinstantie waarover de klacht gaat, bepaalt zelf welke gevolgen het oordeel van de Nationale ombudsman heeft. Daarin is het oordeel van de Nationale ombudsman anders dan de uitspraak van de rechter. Een uitspraak van een rechter is bindend. Uitspraken van de Nationale ombudsman kunnen niet worden afgedwongen. De Nationale ombudsman moet het dus hebben van zijn gezag. Dat gezag wordt vooral bepaald door de kwaliteit van het werk: een zorgvuldig onderzoek naar de feiten, een goed onderbouwde en overtuigende beoordeling en een rapportage in leesbare vorm.
Bron: nationaleombudsman.nl
Ombudsman Rapporten
2016/145 Overheid informeert onvoldoende over verlies Nederlanderschap
“En toen was ik mijn Nederlanderschap kwijt”. Update: “En toen was ik mijn Nederlanderschap kwijt”
Reactie van ministers op aanbevelingen rapport Verlies Nederlanderschap
Nederlanders in buitenland beter voorgelicht over verlies Nederlanderschap